Skip to main content

Turkana, een gebied in Noord-Kenia, staat bekend als de vindplaats van vele menselijke fossielen en gereedschappen. Deze vondsten zijn een belangrijke bron voor archeologisch en paleontologisch onderzoek naar de evolutie van de mens. Deze versteende botten en gebruikte gereedschappen zijn in overvloed te vinden in de strata van de Koobi Fora formatie. Hier zijn dan ook veel archeologische vindplaatsen waarvan onderzoekers graag de ouderdom zouden willen weten. Dit zou kunnen via argon dateringen, maar dit kost veel tijd en geld. Een andere methode is een relatieve datering aan de hand van tephra (versteend vulkanisch as). De Koobi Fora formatie is namelijk een afwisseling van fluviatiele, lacustriene en vulkaniklastische lagen. De tephralagen zijn allemaal afkomstig van specifieke uitbarstingen en hebben een eigen geochemische samenstelling. Niet alle lagen in de omgeving zijn echter gedocumenteerd. Het documenteren van deze onbekende tephras kan via de geochemische samenstelling. Deze geochemische samenstelling kan vergeleken worden met gedocumenteerde tephras in de omgeving om zo te weten te komen welke exacte tephra het is. Door deze dan te koppelen aan een vulkaan die toen der tijd het as heeft uitgebarsten, kunnen we de tephra (en dus de fossielen en gereedschappen tussen de lagen) een relatieve ouderdom geven. 

 

Om de geochemische samenstelling van 30 tephras uit de Turkana Basin te bepalen (helaas mocht ik de stenen niet zelf halen) heb ik X-Ray Fluorescence en Laser Ablation Inductively Coupled Plasma Mass Spectronomy in het VMB mogen uitvoeren. XRF geeft je de major element oxide samenstelling, deze kan je wat vertellen over in hoeverre het magma gedifferentieerd was voordat de vulkaan uitbarstte. LA-ICP-MS geeft je de trace element samenstelling, dit vertelt je wat over allerlei verweringsprocessen, maar kan je ook informatie geven over magma differentiatie. De 30 samples zijn door hoge loss of ignition gereduceerd tot 22 samples. Na XRF blijken deze samples dacitisch/andacitisch te zijn, sommige hiervan hoog in alkaliën. LA-ICP-MS liet zien dat de samples allemaal erg verrijkt zijn in spoorelementen. Wel was een duidelijke strontium- en europium daling te zien (deze willen graag in plagioclase) en zagen sommige samples er erg verweerd uit. 

 

Om onze onbekende tephras (na samenvoeging van samples waren dit er nog acht) te correleren aan onze gedocumenteerde tephras (dit waren er zes), heb ik major element oxide, spider and rare earth element diagrammen gebruikt. Overlapping in alle diagrammen zou moeten betekenen dat het dezelfde tephra is (de complete samenstelling is dan namelijk gelijk). Uiteindelijk heb ik zo drie onbekende tephras kunnen koppelen aan bekende, helaas zijn de andere vijf niet gekoppeld. Door gebrekkige data over vulkanen die toen der tijd (4,3 – 4,1Ma en 2,6 – 1,5Ma) actief waren, heb ik helaas de tephras niet aan een specifieke bron kunnen koppelen. Een grootschalige bron is echter wel gelukt: de noordoostelijke Main Ethiopian Riftzone.